1.
|
Integraal controleren en rapporteren
|
|
Vanaf deze versie kunt u met CHECK de administratie (laten) controleren op de gevolgen voor:
|
|
-
|
Grondgebondenheid melkveehouderij
|
|
-
|
Gebruiksnormen
|
|
-
|
Mestverwerking
|
|
|
|
Conclusies en advies
Vervolgens kunt u de conclusies en adviezen in één rapport, van 1 A4-tje, rapporteren en onderbouwen met een drietal samenvattingen (grondgebondenheid, gebruiksnormen en mestverwerking).
Zie onderstaande voorbeelden:
|
|
-
|
Conclusies en Advies
|
|
-
|
Samenvatting Grondgebondenheid
|
|
-
|
Samenvatting Gebruiksnormen
|
|
-
|
Samenvatting Mestverwerking
|
|
|
1a
|
Licentie Adviestool Grondgebondenheid Melkveehouderij
Licentiehouders van de Adviestool Grondgebondenheid Melkveehouderij kunnen vanaf nu zowel een losse adviesrapportage maken over meerdere jaren als een geïntegreerde rapportage over het actuele jaar, te beginnen vanaf 2016.
|
|
Nog geen licentie?
Vraag vrijblijvend een offerte aan via info@componentagro.nl of bel 0186-622220!
|
1b
|
Percelen
Zoals gebruikelijk gaat u naar het menu [PERCELEN], neem daar de gegevens over van voorgaand jaar en muteer de gegevens, zodat deze representatief zijn voor 2016.
|
|
Dashboard
In alle invoermenu’s kunt u nu via de knop [TOON DASHBOARD] (rechtsboven in uw scherm /zie figuur) tussentijds informatie opvragen over grondgebondenheid, gebruiksnormen en mestverwerking
|
|
|
|
Het dashboard geeft continu de status over de 3 regelingen en toont eventuele foutmeldingen
|
|
|
|
Het dashboard geeft visueel (vinkjes en kruisjes) en getalsmatig aan wat de status van de administratie is.
|
|
MERK OP (1): als de administratie alleen nog gevuld is met perceelsinformatie, zal het dashboard alleen de gebruiksruimte tonen. Pas als de gegevens voor 2016 via het menu [GRAASDIEREN] en [GRONDGEBONDENHEID] zijn ingevuld, zal het dashboard volledig functioneel zijn.
MERK OP (2): via het tabblad [DETAIL] krijgt u meer informatie over de status en eventuele foutmeldingen!
|
|
Natuurterrein
In het menu [PERCELEN] was het al mogelijk om een perceel als natuurterrein aan te merken. Nieuw is, dat nu ook het gewas vastgelegd moet worden en dat de afspraken uit het bijbehorende beheerscontract ingevuld moet worden. U kunt deze nieuwe mogelijkheden activeren door op het tabblad [INSTELLINGEN] de vraag ‘Heeft u natuurterrein in gebruik?” met [JA] te beantwoorden. Vervolgens kunt u ook gebruikmaken van de ‘Rekenhulp natuurterrein’, waarmee u de contractafspraken kunt omrekenen naar extra fosfaatruimte.
|
|
|
|
Extra fosfaatruimte natuurterrein (zie figuur)
Natuurterrein voert u in door het desbetreffende perceel aan te vinken. Vervolgens krijgt u 3 keuzes, te weten:
|
|
1
|
U mag geen bemesting toepassen. U kiest dan voor [Nee]. Er wordt geen extra fosfaatruimte berekend.
|
|
2
|
U mag wel bemesten, maar er zijn geen concrete afspraken gemaakt. U kiest dan voor [Ja, geen afspraken]. In dat geval rekent CHECK met de norm van 70 kg P2O5 per ha voor grasland en 20 kg P2O5 voor bouwland.
|
|
3
|
U mag wel bemesten en u heeft concrete afspraken gemaakt. U kiest dan voor [Ja, wel afspraken]. In dat geval kunt u de norm per ha ingeven onder de kolom [Toegestane beweiding] en de [Toegestane bemesting].
|
|
In CHECK kan nu de extra fosfaatruimte op natuurterrein exact ingebracht worden. Dit onderscheid is van belang voor een juiste berekening van de grondgebondenheid en mestverwerking.
|
|
|
|
Rekenhulp
Via het tabblad [Rekenhulp natuurterrein] kunt u afspraken om laten rekenen naar fosfaatruimte
|
|
|
|
Geplande percelen
Nieuw via het menu [PERCELEN] is ook de mogelijkheid om extra grond in te calculeren, die de klant nog niet in gebruik heeft. Vooral bij grondgebondenheid zal het regelmatig voorkomen, dat de klant nog op zoek moet naar extra grond. Deze extra grond heeft echter wel effect op de gebruiksruimte en mestverwerking.
|
|
Stel, uw klant wordt geconfronteerd met te weinig grond
|
|
Zo brengt u een gepland perceel in
|
|
Een gepland perceel kunt u aanduiden door in de 1e kolom het perceel te markeren met een vinkje. Vervolgens zal nog geen grondmonster bekend zijn en kunt u in de kolom [Fosfaattoestand voor een gepland perceel] aangeven met welke fosfaattoestand u wilt rekenen. Het dashboard geeft nu het resultaat inclusief de geplande percelen!
|
|
De grondgebondenheid is op orde en direct is ook de gebruiksruimte geen probleem meer!
|
1c
|
Graasdieren
|
|
Import gegevens via www.dekringloopwijzer.nl inregelen
Vanaf deze versie kunnen de zuivelgegevens, veestapel en BEX-resultaten geïmporteerd worden uit de www.dekringloopwijzer.nl. Om deze import succesvol te laten verlopen, moet eerst een aantal automatiseringstechnische zaken ingeregeld worden. Welke dat zijn en hoe dat in z’n werk gaat, is in een aparte instructie beschreven.
|
|
Gemachtigd zijn
Om de gegevens te kunnen importeren, moet de boer uw organisatie op www.dekringloopwijzer.nl gemachtigd hebben om de gegevens te mogen opvragen!
|
|
KvK-nummer in CHECK ingeven
In CHECK moet u het KvK-nummer van uw klant in te geven via het menu [Algemene gegevens].
|
|
|
|
Daadwerkelijk import
Nadat één en ander automatiseringstechnisch is ingeregeld en het KvK-nummer is ingegeven, kunt u het tabblad [Import KLW] activeren door op het tabblad [Instellingen] door de vraag ‘Wilt u gegevens uit de 'Centrale database KLW' importeren/gebruiken?’ te beantwoorden met [JA].
|
|
Op het tabblad [Instellingen] van het menu [GRAASDIEREN] geeft u aan of u de gegevens uit de KLW wilt importeren?
|
|
Tabblad [Import KLW]
Ga vervolgens naar het tabblad [Import KLW] en activeer de import door op de knop [IMPORT] te drukken. Na ongeveer 10 à 15 seconden verschijnen de geïmporteerde gegevens in CHECK.
Vervolgens kunt u op het tabblad [Import KLW] kiezen welke gegevens u wilt overnemen in de administratie:
|
|
-
|
Geen gegevens (overnemen)
|
|
-
|
Diergegevens inclusief BEX-productie
|
|
-
|
Diergegevens exclusief BEX-productie
|
|
De zuivelgegevens en de veestapel zijn overgehaald uit de KLW
|
1d
|
Grondgebondenheid
Voor het bepalen of de bedrijfssituatie van uw klant voldoet aan de eisen met betrekking tot grondgebondenheid dient u via het menu [CHECK Gebruiksnormen] ->[INVOER]-> [GRONGEBONDENHEID] de gegevens te controleren en/of aan te vullen (zie figuur).
|
|
Op het tabblad [2013 & 2014] worden – indien beschikbaar – de gegevens van 2014 opgehaald en kunt u de melkveefosfaatreferentie (2013) invullen.
|
|
MERK OP: vergeet hier niet een eventuele melkveefosfaatreferentie (2013) in te vullen!
|
|
Melkveefosfaatreferentie (2013) eenmalig ingeven
De melkveefosfaatreferentie (2013) hoeft u slechts eenmalig in te geven. Bij administraties vanaf 2017 zal deze dan al bekend/beschikbaar zijn.
|
|
Melkveefosfaatoverschot (2014)
Voor het bepalen van het melkveefosfaatoverschot over 2014 neemt CHECK de veestapel en het grondgebruik uit uw administratie van 2014 over.
MERK OP (1): indien deze gegevens niet (geheel) juist zijn, maak dan deze gegevens correct in de administratie van 2014.
MERK OP (2): wilt u deze overgenomen gegevens niet gebruiken? Verwijder dan de module [Gebruiksnormen 2014] op het tabblad [CONFIGURATIE].
MERK OP (3): als er geen administratie 2014 is, kunt u direct de veestapel en het grondgebruik over 2014 ingeven.
|
|
Staffel voorgaand jaar
Ook voor het bepalen van de staffel uit voorgaand jaar neemt CHECK de veestapel en het grondgebruik uit de administratie van voorgaand jaar (in 2016 dan de administratie over 2015) over.
MERK OP: voor de staffelberekening gelden dezelfde opmerkingen zoals hiervoor genoemd bij de berekening van het melkveefosfaatoverschot (2014).
|
|
Natuurterrein? Dan meestal eerst terug naar [PERCELEN] of [GRAASDIEREN] 2014 en/of 2015
Voor een juiste berekening van de grondgebondenheid en mestverwerking is het noodzakelijk, dat het natuurterrein (inclusief de fosfaatruimte) en de uitgeschaarde dieren naar natuurterrein correct zijn opgenomen. Dit geldt zowel voor het lopende jaar als voor de jaren 2014 en het voorgaande jaar. Deze zaken zullen eerst ingevuld moeten worden. Wanneer binnen een administratie reeds natuurterreinen zijn ingegeven, zult u eerst terug moeten naar het menu [PERCELEN] om de afspraken met betrekking tot natuurterreinen vast te leggen (zie de eerdere beschrijving in deze nieuwsbrief). Hetzelfde geldt voor uitgeschaarde dieren naar natuurterreinen over 2014.
|
1e
|
Mestverwerking
Via het menu [MESTVERWERKING] kunt u:
|
|
-
|
een aantal vrijstellingsregelingen ingeven;
|
|
-
|
de regio opgeven waarin het bedrijf gevestigd is;
|
|
-
|
het aantal VVO’s wat u heeft afgesloten.
|
|
In de loop van 2016 kunt u dan ook via het menu [Meststoffen] opgeven welke mest in de regio is afgezet of op andere manieren is verwerkt of geëxporteerd! Hier vinden dan enkele controles op plaats!
MERK OP: de losse berekening voor de mestverwerking kunt u vanaf deze versie nog wel inzien, maar niet meer muteren. U kunt zo eventuele opgeslagen gegevens daaruit overnemen.
|
|
Enkele overige opmerkingen
|
2.
|
Fosfaatnorm productie biologische gehouden graasdieren
De gebruikte fosfaatnorm voor de productie van biologische gehouden rundvee, schapen en geiten, met uitzondering van melkkoeien, blijkt over 2014 niet juist te zijn. Daardoor zal de fosfaatproductie in de meeste gevallen over 2014 hoger uitvallen dan eerder berekend!
Tot deze versie was dit ook van toepassing op de administratie over 2015, echter met dat verschil dat de fosfaatproductie nauwelijks afwijkt, omdat de normen in 2015 zijn aangepast. Vanaf deze versie worden de juiste normen gebruikt voor deze (beperkte) groep dieren en houdt CHECK er dus rekening mee bij de afronding over 2015.
|
3.
|
Invoer melkproductie en uitgeschaarde melkkoeien naar natuurterrein
Tot en met 2014 hield RVO geen rekening met de melkproductie van melkkoeien die werden uitgeschaard naar natuurterrein. Daardoor werd het gebruikte forfait per melkkoe, die niet uitgeschaard werd, te hoog vastgesteld.
Vanaf 2015 mag hier wel rekening mee gehouden worden. CHECK berekent deze gecorrigeerde productie nu automatisch. Het is daarbij wel van belang, dat u vanaf deze versie wel de totale melkproductie invoert (incl. op natuurterrein gehouden melkkoeien).
CHECK corrigeert de productie op landbouwgrond door de melkkoeien gehouden op landbouwgrond te delen door het totaal aantal gehouden melkkoeien en te vermenigvuldigen met de totale ingevoerde productie.
Voorbeeld:
Stel, er worden 10 van de totaal 100 melkkoeien uitgeschaard naar natuurterrein en de melkproductie is totaal 800.000 kg (8.000 kg / melkkoe). CHECK gaat dat bij het berekende van de productie uit van 90 melkkoeien met een productie van 90/100* 800.000 kg = 720.000 kg / 90 dieren = 8.000 kg per melkkoe.
|
