Bemestingplan, Verdelen: Berekening |
![]() ![]() ![]() |
Toelichting automatisch verdelen
Uitgangspunt: de verdeling van mest vindt plaats o.b.v. de fosfaatbehoefte per perceel. Is er meer mest beschikbaar, dan wordt het meerdere eerst gegeven aan de percelen met de laagste fosfaatbehoefte (zie situatie 1). Op deze wijze wordt ook zoveel mogelijk voorzien in de behoefte aan stikstof.
Is er meer mest beschikbaar dan de totale behoefte, dan worden eerst alle percelen met een lage fosfaatbehoefte aangevuld.
Situatie 1: Er is meer mest dan de behoefte - Totale behoefte: 180 m3 (gem. 60 m3) - Totaal beschikbaar: 220 m3 (gem. 73,3 m3)
Is er minder mest beschikbaar dan de totale behoefte, dan worden alle percelen naar gelang hun behoefte gekort (zie situatie 2).
Situatie 2: Er is minder mest dan de behoefte - Totale behoefte: 180 m3 (gem. 60 m3) - Totaal beschikbaar: 150 m3 (gem. 50 m3)
Is er beduidend meer mest dan de totale behoefte, dan wordt op alle percelen dezelfde hoeveelheid toegedeeld (situatie 3).
Situatie 3: Er is veel meer mest dan de behoefte - Totale behoefte: 180 m3 (gem. 60 m3) - Totaal beschikbaar: 270 m3 (gem. 90 m3)
Wanneer er een minimumtoedeling is ingesteld en er is voldoende mest, dan zal deze minimum in alle gevallen gegeven worden (situatie 4).
Situatie 4: Er is een minimumtoedeling ingesteld van 50 m3 - Totale behoefte: 180 m3 (gem. 60 m3) - Totaal beschikbaar: 170 m3 (gem. 56,6 m3)
Als er een maximum is ingesteld zal dit bij voldoende mest gerespecteerd worden (situatie 5).
Situatie 5: Er is een maximumtoedeling ingesteld van 70 m3 - Totale behoefte: 180 m3 (gem. 60 m3) - Totaal beschikbaar: 270 m3 (gem. 90 m3)
|